14 | Psalm 100

14 | Psalm 100

Deze psalm, oorspronkelijk een intochtslied in de tempel van Jeruzalem, was zeer geliefd bij de vroege calvinistische gemeenten. De tekst roept op om God te verheerlijken door middel van zang. De reformator Johannes Calvijn gaf het zingen van de psalmen een belangrijke plaats in de liturgie. Want, schreef hij in de voorrede van zijn psalm-editie van 1543, ‘als wij ze zingen, zijn wij er zeker van dat God ons de woorden in de mond legt, alsof Hijzelf in ons zingt om zijn eer te verbreiden’ (‘Et pourtant, quand nous les chantons, nous sommes certains que Dieu nous met en la bouche les paroles, comme si luy mesme chantoit en nous, pour exalter sa gloire’). Calvijn beschouwde zingen als een liturgisch gebeuren op zich, waarin met God wordt gecommuniceerd op andere dan rationele wijze. Volgens hem kon door het zingen de heilzame werking van God worden ontvangen op een onnavolgbare manier. Als je zingt, druppelt Gods heil ‘als via een trechter rechtstreeks in je ziel’.

3. Gaet in syn poorten wie ghy syt,
Loeft hem en danckt hem t’alder tyt;
Verbreyt al om syn eer’ bequaem,
En looft synen heylighen Naem.

4. Want Godt vol alder deuchden is,
En syn goetheyt gheduert ghewis,
Tot alder tyt en eewichlyck
Dueren syn waerheyt, en syn ryck.

Jan van der Noot

verschoont verheerlijk
sonder ons zonder ons toedoen
maeckt ghesont geneest

Melodie uit: Petrus Dathenus, Alle de Psalmen Dauids, Ende Ander Lofsanghen, Wt Den Francoyschen dichte in Nederlandschen ouerghesett, De welcke men voortaen in de Nederlandsche Ghemeynten ghebruycken zal. [z.p., z.n.], 1566, fol. Z1v.
Scan via Google Books
Tekst uit: Jan van der Noot, Het bosken. Inhoudende verscheyden poëtixe wercken [Londen: Henry Bynneman, 1570], fol. L2v-L2r.
Scan via Google Books

0
    0
    Uw winkelmandje
    Uw winkelmandje is leegNaar de winkel